Woord van de Pastoor

Slaaploosheid

Elk van ons heeft het zeker al wel eens gehad: niet kunnen slapen.
Er schijnen nogal wat lichamelijke redenen te zijn waarom mensen niet kunnen slapen: te laat, of te veel of zonder eten naar bed; veel suikers of zout eten, koffie of zwarte thee drinken.
Bij die laatste categorie hoor ik. Als ik ’s avonds te laat koffie drink, dan kan ik er wel eens een hele tijd van wakker liggen.

Maar de meeste mensen liggen niet wakker van te laat koffie drinken maar omdat hen dingen bezig houden. Men heeft zorgen of verdriet over dingen, er zijn dingen gebeurd of gezegd waardoor men zich zoveel vragen stelt over de toekomst. Ik hoor het ook vrij regelmatig van mensen die een dierbare hebben verloren: het gemis, het leven wat helemaal anders is geworden, het verdriet. Mensen vertellen wel eens dat ze elk uur op hun wekker hebben gezien. Men zegt wel eens dat je schaapjes moet gaan tellen als je niet kunt slapen: of dat iemand doet en of dat effectief werkt, heb ik nog nooit gehoord.

Een parochiane vertelde mij dat als ze niet kan slapen, ze haar rozenkrans neemt en die begint te bidden en dat ze dan altijd de slaap kan vatten en de volgende morgen ergens in haar bed haar rozenkrans moet zoeken…

Iemand stuurde mij een lijstje met zes Bijbelverzen die ze heeft en die ze leest als ze niet kan slapen. Ik geef ze hier even mee. Misschien ook mooi om af te printen en in het nachtkastje te leggen en te lezen als ook u binnenkort eens slapeloosheid overvalt. Laat je troosten met het Woord van de Heer!
Psalm 3,5-7: “Verhef ik mijn stem tot de Heer, van zijn heilige berg komt het antwoord. Neerleggen mag ik mij, slapen, weer ontwaken – de Heer is mijn rust, onbevreesd voor tienduizenden volks, al sloten zij rond mij hun rijen.”
Psalm 46,11: “Laat af en beseft dat ik God ben, Ik: boven de volken verheven, verheven hoog boven de aarde.”
Mattheus 6,34: “Maakt u dus niet bezorgd voor de dag van morgen, want de dag van morgen zorgt voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen leed.”
Psalm 121, 1-4: “Vanwaar zal mij komen de hulp? De hulp komt mij van de Heer, die gemaakt heeft hemel en aarde. Hij laat niet wankelen uw voet, niet sluimeren zal uw behoeder. Zie, niet sluimert, niet slaapt de behoeder van Israël.”
Spreuken 3,24: “Als ge u neerlegt, zult ge niet vrezen en als ge neerligt, slaapt ge heerlijk.”
Kolosenzen 3,15: “En laat de vrede van Christus heersen in uw hart; daartoe zijt gij immers geroepen als leden van één lichaam. En weest dankbaar.”

Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne.
www.priesterpenne.be